Plantanalyse greppelmonster
locatie: Ruische Poort
datering: 1987
BAM-rapport 3
Ruische Poort
opdracht: plantanalyse greppelmonster
datering: -
|
Op verzoek van de gemeentelijk archeoloog van 's-Hertogenbosch, werden drie grondmonsters geanalyseerd, met de vondstnummers 126, 128 en 129, die in deze volgorde van boven naar beneden waren genomen van een 40 cm dik pakket (hoogte 2.50 - 2.10 m + NAP) - organisch materiaal van de bodem van een greppel of (ca 11 m lange en 1.85 brede) lange kuil (F-40, afb. 1). De functie van deze kuil of greppel staat niet vast. Wel is het zeker, dat ze gegraven is in de eerste helft van de 13e eeuw in een vroege ontwikkelingsfase van de stad. In het vervolg zal hier de benaming "greppel" worden aangehouden. Het terrein bevond zich juist binnen de oudste stadsmuren (afb. 2). Het 'veenachtige' materiaal van de monsters kwam voor tussen natuurlijke zandafzettingen op de bodem van de greppel. Het voornaamste doel van het onderzoek was een indruk te krijgen van het natuurlijke milieu in dit gebied tijdens de ontginningsfase van het terrein. | 1 |
Gemeentelijk Oudheidkundig Bodemonderzoek 's-Hertogenbosch (GOBH)Boeken
| 1987 |
Philippa R. TomlinsonPlantenresten en pollen uit een greppelvulling in de opgraving Ruische Poort 1987, 's-HertogenboschOnbekend | 17 juli 1987 |
Bossche Encyclopedie |